Wanneer ik niet goed
ben, ben ik stil en kruip ik -net als een schildpad- weg in mijn schulp. Ik
zoek dan de stilte en het alleen zijn op, ik sluit me af van de wereld, ik neem
als het ware even een pauze.
Ik doe mijn best om
er te zijn voor de vriendjes en vriendinnetjes in nood, maar neem zelf bijna geen
initiatief om te horen hoe het met jou gaat of wat het laatste nieuws is, ook
niet om te laten weten hoe het met mij gaat.
Mijn omgeving moet
het doen met een kort: “Ik ben niet goed” of “Het is al beter geweest”.
Gewoon omdat ik
niet wil laten zien en vertellen hoe het niet gaat .. Ik doe dat gewoon niet
graag.
Ik wil niet laten
zien hoe zwaar het soms wel is om me voort te bewegen, hoe moeilijk het soms
wel is om me te concentreren op wat er gezegd wordt, hoe zwaar het soms wel is om
de simpelste dingen te doen als je uitgeput bent, hoe moeilijk het soms wel is om
de pijn te verbijten …
Laat staan dat ik erover wil praten.
Laat staan dat ik erover wil praten.
Ik gebruik mijn alleen-zijn-tijd
om te rusten en te slapen … veel te slapen. Niet dat al dat slapen veel helpt; ik
slaap slecht en ben tegelijkertijd zooo moe.
Ik gebruik mijn alleen-zijn-tijd om te vechten tegen de beestjes die me ziek maken, om op krachten en op adem te komen..
Ik gebruik mijn alleen-zijn-tijd om te vechten tegen de beestjes die me ziek maken, om op krachten en op adem te komen..
Kortom, ik gebruik die alleen-zijn-tijd voor mezelf.
Helpt die
alleen-zijn-tijd?
Eigenlijk niet; ik
ben nog altijd uitgeput en zo slap als een schotelvod en ik heb nog steeds
allerlei ongemakken en pijntjes hier en daar en overal, maar het deed wel deugd
om even alleen te kunnen zijn met mezelf.
En nu ben ik terug. Hallo wereld!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten