zaterdag 6 december 2014

Mijn winterbroek

Het begint winter te worden. Temperaturen rond het vriespunt.” Frisjes” kan je zeggen, maar eigenlijk was het gewoon koud. Wat zeg ik? Heel koud. En omdat koud gelijk is aan meer pijn voor mij (vooral aan mijn benen), was het tijd om het thermisch ondergoed boven te halen en te experimenteren.

Dag 1: Thermisch ondergoed onder mijn broek niet genoeg om mijn benen warm te houden.
Dag 2: Hm … Laat ventje maar wandelen.
Dag 3: Thermisch ondergoed EN een flanellen pyjama broek onder mijn broek, was al veel beter.
Dag 4: Ik moet echt wel iets anders verzinnen, want het is een heel gedoe om 3 broeken aan te doen om te gaan wandelen. Ping! Waarom geen skibroek aanschaffen en die als wandelbroek gebruiken? Tijd om een brief naar de sint te schrijven. Lees: zoeken op het internet naar een geschikte skibroek en die bestellen.
Dag 6: De bel gaat en daar is mijn skibroek van de sint! Onmiddellijk uittesten!

Neen, ik ga niet skiën (haha, dat zou eerder naar beneden rollen zijn en blijven liggen), maar ... lekker warm wanneer ik met de hond ga wandelen! Omdat ik mijn broek voor alles -behalve skiën dan- ga gebruiken in de winter, doop ik mijn skibroek bij deze om als mijn winterbroek.

Is eens wat anders dan een "sexy" jogging hè

PS: Ik heb nog niet bedacht wat ik ga doen, wanneer het écht koud zal zijn ...

vrijdag 5 december 2014

Boodschappen

Om de 14 dagen neemt mijn vriendin me mee naar het dorp. We gaan dan over de markt in de hoofdstraat en doen daarna boodschappen in de supermarkt. Eerlijk? Ik doe het niet graag, ik zou veel liever thuis blijven ver weg van al die geluiden, geuren en … mensen.

Stel je even voor dat je een brief moet schrijven terwijl je in een botsautootje op de kermis zit. Elke keer dat er iemand tegen je botst, word je door elkaar geschud en moet je stoppen met schrijven. Zo voelt het aan voor mij: elk geluid, elke geur en elke mens is een andere botsauto die tegen mij botst en me door elkaar schudt. Ik moet echt moeite doen om me te concentreren en niet afgeleid te worden … En dan zwijg ik nog over de fysieke inspanning dat boodschappen doen wel is, want we hebben natuurlijk wel meer nodig dan een brood en een doos eieren hè. Vandaar dat ik om de 14 dagen meega.

Ik dwing mezelf echter om niet toe te geven en om toch onder de mensen te blijven komen. De ene keer gaat het wat moeilijker dan de andere, maar dan is het maar zo. Ik wil zeker niet dingen gaan vermijden, omdat het te vermoeiend of te zwaar is of omdat ik het niet leuk vind.

Gelukkig zorgt mijn vriendin goed voor me: ze houdt me in het oog, ze helpt me dingen herinneren die ik nodig heb en ze helpt me met de boodschappen. Maar vooral: het is tijd die we samen doorbrengen en gebruiken om bij te praten, elkaar te plagen en te lachen.
 “Gaat het? Zal ik jouw tas dragen?”
 “Neen, dank je, zal ik jouw tas dragen?”

En om wat spanning en afwisseling te hebben tijdens het boodschappen doen, laat ik graag mijn boodschappenlijstje thuis. Wanneer ik dan in de supermarkt ben, is er niets zo leuk als proberen te raden wat er op mijn lijstje stond. Plezier gegarandeerd!

zondag 30 november 2014

Wat zijn jullie nu weer aan het doen?

Het is kouder aan het worden (minder dan 10 graden), maar ik vond het nog niet nodig om mijn ‘sexy’ thermisch ondergoed aan te trekken om naar buiten te gaan. Helaas gingen mijn bekken en mijn benen daar niet mee akkoord. Op een dag kom ik terug van een flinke wandeling met de hond en wow … Door de (voor mij) koude die in mijn benen is gekropen, krijg ik nog meer pijn. Pijn in het kwadraat zeg maar. Het was al een tijdje geleden dat ik dat nog gevoeld had …

Pijnstillers werken niet echt. Ze kunnen een beetje verzachten, maar niet echt de pijn wegnemen. Als het echt niet meer houdbaar is (lees: als ik misselijk word van de pijn en niet weet waar te kruipen), neem ik een sterke pijnstiller waar ik suf en slaperig van word en ben ik knock-out. Zalig!

Ik word goed verzorgd

“Venteke?”
“Ja Mieke?”
“Ben je druk bezig?”
“Neen, niet echt. Waarom?”
“Kan je me even helpen? Ik euh … raak niet meer recht.”

Zoef! In een paar seconden is mijn redder in nood daar.
Hij overziet de situatie, zie dat ik oké ben en kan het niet laten te grappen: “Zit je daar goed Mieke?” Ik zit op de keukenvloer naast het katteneten … “Blah!” Ik steek glimlachend mijn tong uit, want ik kan me voorstellen hoe ‘elegant’ ik op de vloer zit.

Het was me het weekje wel … Alsof de koude-ongemakken nog niet genoeg waren, had ik ook een geknelde zenuw in mijn onderrug. Verkeerd geslapen en bij het uit sofa/bed komen was er een wervel verschoven en “djing”! Er schoot iets door mijn rug dat je kan vergelijken met een pijnlijke elektrische schok die je verlamd. Adembenemend, letterlijk dan … Want die “djings” doen geen deugd. En ja ik wist het wel, dat wordt voorzichtig zijn de komende dagen (de pijnscheut die door mijn lijfje schiet is letterlijk verlammend, ik zak dan door mijn benen van de pijn), maar soms neemt het koppige kind dat alles zelf wil doen in mij de overhand en tja … Voor ik het weet lig ik dan op de grond elegant te wezen en raak ik niet meer recht op eigen kracht. Verschillende keren …

Best wel vervelend … Maar soms ook grappig: probeer maar eens naar het toilet te gaan of in bad te stappen of je aan te kleden zonder voorover te buigen. Juist, “Venteke??” … En dan zijn we samen aan het worstelen om me aan te kleden terwijl de kids ons bespieden met een verwarde ‘Wat zijn jullie nu weer aan het doen?’ blik …

Maar!! Na een tijdje wen ik aan de nieuwe pijn en ook de “djings” gaan weer weg en gisteren heb ik voor het eerst opnieuw een flinke wandeling kunnen maken met de hond! Inventief als we zijn, heb ik mijn fiets gebruikt als ‘steun met wielen’. En hoewel dit het enige was wat ik gisteren heb kunnen doen, was het zalig om buiten te zijn, zalig om onze jongen te zien rondrennen en rondspringen en zalig om te genieten van de herfstzon!

Onze jongen in de herfstzon


maandag 24 november 2014

Waar een wil is, is een weg

Toen ik te horen kreeg wat ik had, ging ik daar wel eens even aan werken en genezen zodat ik zo vlug mogelijk weer kon gaan werken en mijn leven oppakken. Nu 10 jaar later … Hm … Beetje per beetje kan ik al meer aan en meer doen, maar het blijft spijtig genoeg een gevecht tegen mijn lichaam. In mijn hoofd ben ik een speelse vlinder die van bloem naar bloem wil fladderen, helaas hang ik nog steeds vast met een ketting aan een betonblok. Ik wil rondvliegen, maar ik kan maar een klein beetje vliegen door dat betonblok.

En toch blijf ik proberen. Toen mijn lichaam in 2004 een kortsluiting had, waren er allerlei dingen die ik niet meer kon doen en die heb ik terug moeten leren, terug langzaam moeten opbouwen. Mijn fijne motoriek bijvoorbeeld (de dingen die je doet waar je aandacht en concentratie voor nodig hebt). Ik kon niet meer met vork en mes eten, heb me een hele tijd moeten behelpen met een lepel, ik kon nog amper een balpen of potlood vasthouden en schrijven bijvoorbeeld, mezelf aankleden of veters binden, oh jee.

Uren heb ik zitten oefenen om opnieuw controle te krijgen over mijn handen: ik kleurde al in kleurboeken voor het hip was (!), ik maakte puzzels (dikwijls gevloekt, omdat ik die puzzelstukjes niet kon oppakken trouwens), veel zitten knippen in roddelboekjes en tokkelen op de computer bijvoorbeeld. En zo ging ik altijd een stapje verder en nu kan ik meestal met mes en vork eten en ik kan terug vrij vlot typen, schrijven met een balpen en foto’s nemen. Ik ben zelfs modern en oefen nu om een smartphone te kunnen gebruiken …

Hetzelfde met stappen: ik had veel problemen met stappen, door de pijn kon ik nog amper stappen en ik was dan ook nog onstabiel waardoor het leek alsof ik dronken aan het rond waggelen was. In het begin was het heen en weer stappen in de tuin (met tranen die over mijn wangen liepen van de pijn en ik heb dikwijls willen opgeven. Maar dan was ventje daar om mij aan te moedigen, of slavendrijver te spelen.), elke keer een beetje meer en nu kan ik (op goede dagen) een uur tot anderhalf uur alleen gaan wandelen met de hond! Ik heb nog altijd pijn, maar je went er op de een of andere manier aan. Nadien ben ik bekaf en kan ik geen pif meer zeggen of doen, maar ik kan terug een lange wandeling maken met de hond!

Maar ik ben nog heel kwetsbaar. Er is niet veel nodig om een terugval te krijgen en me slechter te voelen. Eens het kouder wordt, ga ik er sowieso op achteruit. Er is een groot verschil tussen de Mieke in de zomer en de Mieke in de winter. Wij zouden moeten verhuizen naar het warme zuiden!

Twee - drie weken terug (ik heb geen besef meer van tijd en mijn korte termijn geheugen is een ramp) deed ik de ochtendwandeling met de hond. Omdat ik bang ben in het donker doe ik de ochtendwandeling, ventje doet altijd de avondwandeling en het hangt ervan af hoe ik me voel en met welke ploeg ventje staat, wie de lange namiddagwandeling maakt.

We waren nog maar een paar meter weg van huis en er reed een ziekenwagen langs met zwaailichten en luide sirenes. Mijn overgevoelig zijn aan geluid is niet alleen dat ik er niet tegen kan, ik word er ook ziek van. Het leek wel alsof iemand plots de stekker uitgetrokken had: ik was gedesoriënteerd, duizelig, misselijk, ik begon hoofdpijn te krijgen, te bibberen, oververhit en mijn pijntjes werden heviger … Het lukte me nog net om met de hond in het bos te gaan zodat we niet meer op straat liepen en na een tijdje in de stilte daar begon ik me terug wat beter te voelen. Het licht in mijn hersencelletje was nog steeds uit, maar de lichamelijke ongemakken waren wel weg aan het ebben. 

Het was tijd om te proberen terug naar huis te keren zodat ik kon gaan neerliggen, bekomen, wachten tot het over ging en hopen dat ik niet terug slechter ging worden voor langere tijd (terugvallen dus), maar dan merkte ik dat ik de leiband kwijt was. Ik was niet goed genoeg (en had ook geen vertrouwen in mezelf) om met de hond los, zonder leiband naar huis te keren. Zoeken dan maar hè. 

Dat ging ook niet vlot omdat ik donkere vlekken voor mijn ogen had, alsof iemand de gordijnen half dicht gedaan had. Ik zocht en zocht, maar geen leiband te zien. Dan begin je een beetje te panikeren … En je druk te maken in je eigen onhandigheid en boos te worden op jezelf … Ik ga hier niet beweren dat ik mezelf aan het uitfoeteren was, maar het scheelde toch niet veel. En terwijl ik daar zo tegen mezelf bezig was en concludeerde dat er niets anders opzat dan zonder leiband naar huis te gaan, haalde ik mijn schouders op. Toen ik mijn jas rechttrok, voelde ik iets vreemds uit mijn jaszak steken … De leiband!
Mezelf dus druk gemaakt over niets en … jammer genoeg toch wel een terugval gekregen en daar heb ik nu nog altijd last van.

zondag 23 november 2014

Wat is er verkeerd met een koude schotel?

Wij proberen om minstens 1 keer per jaar uit eten te gaan. Uit eten gaan is een zware oefening geworden sinds ik concentratieproblemen heb en overgevoelig ben. Voor ik ziek geworden ben gingen wij minstens 1 keer per week uit eten en besefte ik ook niet hoe vermoeiend uit eten gaan wel kan zijn voor mensen als ik.

Wanneer je concentratieproblemen hebt zoals ik, wordt je afgeleid door alles: het klingelen van glazen, het gebabbel van andere mensen om je heen, een ober die langs je tafel loopt, de geur van het eten, … Als je overgevoelig bent, geven die dingen je dan ook nog ongemakken (misselijk of draaierig worden, trillende handen krijgen, hoofdpijn).
Ik moet echt veel moeite doen om te kunnen focussen op wat er op mijn bord ligt, het eten op mijn vork te krijgen en de vork naar mijn mond te brengen zonder te morsen en ondertussen ook nog zien dat ik goed op mijn stoel blijf zitten. En dan zwijg ik nog over een gesprek te voeren. Het geroezemoes op de achtergrond kan soms oorverdovend luid zijn voor mij, waardoor ik gewoon niet versta wat er tegen me gezegd wordt.
En daarbovenop probeer je je dan ook nog zo “normaal” mogelijk te gedragen zodat de omgeving er niets of althans zo weinig mogelijk van merkt.
Best wel vermoeiend hoor!

Ik lust ze niet, maar ventje is verzot op mosselen. Meestal gaan we ergens late zomer, vroege herfst, maar dit jaar was het er nog niet van gekomen. Omdat onze favoriete plaats geen mosselen meer serveert in november zijn we naar een mosselrestaurant geweest.

Ventje had zijn keuze vlug gemaakt, maar omdat ik geen mosselen eet, moet ik de kaart bestuderen op zoek naar iets dat ik kan eten.
Ik ben geen vegetariër, maar ik eet bijna geen vlees. Vlees eten is zo vermoeiend voor mij. Niet alleen tijdens het eten zelf omdat mijn vlees goed doorbakken moet zijn (geen bloederige toestanden op mijn bord, jakkes), maar ook het verteren zelf (zwaar gevoel).
Ik zoek naar de vlees- en gevogelte gerechten voor het gevogelte …Wel vleesgerechten, maar niks gevogelte en geen stoofschotels. Oei … Ik word een beetje ongerust, “Ze gaan hier toch wel iets hebben dat ik kan eten?!”, denk ik bij mezelf. Even verder kijken … Visgerechten, scampi’s en kreeftspecialiteiten.
Buiten een paar uitzonderingen die natuurlijk niet op de kaart stonden, lust ik niet veel dat uit de zee komt …

Ik doe het niet graag, maar dan maar even bij de vegetarische gerechten kijken. Tof, ofwel was het een gerecht met paddenstoelen, ofwel met kaas. Raad eens wat er bovenaan mijn “dat lust ik niet”-lijstje staan? Oh kijk! Koude schotels! Ik had 3 mogelijkheden: koude schotel met garnaal, zalm of americain.
Oké … Ik vraag wel of ik een koude schotel kan krijgen zonder 1 van die dingen.

De ober was in de war van mijn vraag of ik een koude schotel kon krijgen zonder de vlees of vis:
“Hoe bedoelt u?”
“Gewoon … een koude schotel, maar dan zonder de garnalen, zalm of americain.”, lees ik voor uit de kaart, omdat ik die dingen niet kon onthouden.
Lacherig vraagt hij: “Gewoon een hoopje sla dan?” en maakt een gebaar met zijn handen waarvan ik veronderstelde dat dat een hoopje sla moest voorstellen.
Heel ernstig zeg ik ja. “Reken natuurlijk de koude schotel aan zoals hij op de kaart staat, maar breng dus gewoon "een hoopje sla".” en vroeg of dat een probleem was.
“Nee, nee” zei hij nog en dan liep hij verward naar de keuken.

Een andere ober bracht ons later de mosselen en mijn koude schotel en ik moet zeggen dat ze er hun werk van gemaakt hadden in de keuken. Zelden zo een mooie koude schotel gezien, zelden zo een lekkere koude schotel gegeten ook.

Ik was wel wat beledigd toen we nadien de rekening kregen. We vonden allebei dat het zo weinig was, ventje en ik. Toen we de rekening bekeken, bleek dat ze mijn maaltijd afgerekend hadden als 2 keer bijgerecht: sla. Ik heb dus eigenlijk geen echte maaltijd gegeten, volgens de rekening.
"Wat is er verkeerd met een koude schotel?", vroeg ik aan ventje.
“Tja, dat is geen echt eten hè Mieke. Dat is konijneneten.”

zaterdag 22 november 2014

Schaapjes tellen?

Ik heb ondervonden dat hoe meer moe ik ben (ik zou ook het woord uitgeput kunnen gebruiken), hoe kleiner de kans is dat ik kan slapen.

Ken je dat gevoel waarbij je zooo moe bent en weet dat je moet slapen? Dat je wil slapen? Maar gewoon niet in slaap kunt vallen?? Wel ... ik ook ... 
Er zijn al veel nachten geweest, dat ik knusjes en comfortabel in bed lag ... met mijn ogen wagenwijd open. Gedachten op nul ... Tja, ik was dan ook te moe om ook maar aan iets te denken. Maar slapen? Ho maar!

Omdat ik ventje en de kids niet wil wakker maken, hou ik me dan maar in stilte bezig met prutsen en schrijven in plaats van schaapjes te tellen. En hier ben ik dan!